In WITCH HUNT zet regisseur Eline Arbo heden en verleden tegelijk op het toneel en onderzoekt ze hoeveel er in 500 jaar is veranderd. En hoeveel ook niet..
Witch Hunt = Noord Nederlands Toneel + Club Guy & Roni
Vrouwen die hun stem verheffen, krijgen vaak kritiek. Alsof ze zich nog steeds op een podium begeven waar ze eigenlijk niet thuishoren. En dat komt doordat millennialang mannen het recht om te spreken hebben geclaimd, zowel in het openbaar als thuis. Dankzij Homerus weten we dat die drang om vrouwen de mond te snoeren er al in de Griekse oudheid was. Vrouwen waren handelingsonbekwaam en mochten zich nergens mee bemoeien. Regelmatig ontdeden keizers zich met geweld van hun onwelgevallige vrouwelijke familieleden.
Ook de Romeinen bestempelden vrouwen als het zwakke geslacht. Hun hele leven stonden ze onder wettelijk gezag van mannen. Eerst van hun vader en na hun huwelijk (rond hun twaalfde) van hun echtgenoot. De ideale vrouw bleef thuis, gehoorzaamde haar man en baarde kinderen. Vrouwen die zich hier niet aan wilden conformeren zijn eeuwenlang verguisd, verstoten en vermoord; zelfs openlijk tijdens de heksenjachten in de 16e en 17e eeuw. En nog stééds – dat realiseren we ons misschien niet genoeg – is vrouwenmoord wereldwijd aan de orde van de dag.
Het Mannelijke Systeem
De emancipatie die 150 jaar geleden is begonnen is in volle gang. Vrouwen mogen intussen studeren en stemmen en hoge functies bekleden. Maar we zijn er nog lang niet. De huidige #metoo-opstand bewijst ook weer hoezeer we nog steeds te maken hebben met de uitwassen van het patriarchaat.
Het is datzelfde patriarchaat, trouwens, dat ons wil laten geloven dat het nou eenmaal altijd zo is geweest; de man beter en stoerder en slimmer en de baas. Het is een hardnekkig beeld van de prehistorie: wilde langharige mannen die een mammoet aanvallen, terwijl de vrouwen en kinderen bij het vuur zitten. Maar dat beeld zegt eigenlijk alleen maar iets over de opvattingen van de archeologen in de 19e en 20e eeuw. De archeologie is heel lang een puur machobolwerk geweest. Pas in 1984 (!) vestigden een aantal vrouwelijke Amerikaanse archeologen de aandacht op de onzichtbaarheid van vrouwen in de prehistorische geschiedschrijving.
Inmiddels weten we dat de taakverdeling tussen man en vrouw in het stenen tijdperk veel gelijkwaardiger was. Er bestond geen seksehiërarchie; mannen en vrouwen moesten samenwerken om te overleven in een harde wereld. Jagen en vissen waren zowel taken van vrouwen als van mannen, net als de zorg voor de kinderen. De grottekeningen? Waarschijnlijk ook het werk van vrouwen; zij waren immers net zo handig, zo niet handiger, met gereedschap en wapens.
Ons beeld van de geschiedenis is vertekend, omdat die generatieslang alleen door mannen is onderzocht en beschreven. Mannen hebben het narratief bepaald. En dat narratief is op zijn minst incompleet en eenzijdig. Daarom hebben we ze nodig: vrouwen die hun stem verheffen.